Definitie : garagedeur
garagedeur
ga|ra|ge|deur
garagedeur : uitleg
Garagedeur: een grote deur die gebruikt wordt om een garage te openen en te sluiten.
garagedeur
Type: zelfstandig naamwoord
Verkleinwoord enkelvoud: garagedeurtje
Verkleinwoord meervoud: garagedeurtjes
Enkelvoud: garagedeur
Meervoud: garagedeuren